Stad van de wol,
maar ook van de vindingrijkheid

Waar de industrialisatie van het textiel in Verviers initieel hoofdzakelijk op het imiteren van Britse innovaties gebaseerd., zorgden de plaatselijke wolhandelaars en monteurs vervolgens voor uitvindingen en perfectionering van hun sector. Jammer genoeg kon deze modernisering niet vermijden dat de sector in de loop van de 20ste eeuw een langzame achteruitgang zou kennen

.

We gaan drie eeuwen terug in de tijd, naar het Verviers van 1709. Hoewel er toen in bijvoorbeeld Gent al 50.000 mensen woonden, telde Verviers amper 5500 inwoners. Verviers kreeg in 1651, na de groei van de wolverwerking, stadsrechten. Deze groei was te danken aan de afwezigheid van corporatistische regels en de aanwezigheid van een makkelijk toegankelijke waterloop op het vlakke lage deel van de vallei. De wolindustrie lag aan de basis van de ongelooflijke bloei van de handel en van de wereldwijde faam van de kleine stad aan de rand van de Vesder. De combinatie van de kwaliteit van het rivierwater en de knowhow van de Vervierse ambachtslieden gaf de wol een uniek gevoel en een ongeziene kwaliteit. De wolindustrie profiteert van een vroege mechanisering met de eerste stoommachines in 1816 en vervolgens met de eerste spinmachines van het continent die de beroemde industrieel William Cockerill hier plaatste. Na de Tweede Wereldoorlog zien we dat de verwerking van het zachte goud steeds meer en onontkoombaar achteruitgaat. Het glorieuze industriële verleden van Verviers komt vandaag nog tot uiting in grote en mooie herenhuizen, en vertaalt zich ook in de verschillende openbare gebouwen die verwijzen naar een ongelooflijk bloeiende 19de eeuw.

TR_WR_WALOTEX_WASSERIJ-2
TR_WR_WALOTEX_VOOROPENEN-3
TR_WR_WALOTEX_SCHEREN-3

Een sector die opnieuw in
leven moet worden gewekt.

Vanaf de 17de eeuw en tot de crisis van de jaren 1930 behoort Verviers tot de grootste wolcentra ter wereld. Na de Eerste Wereldoorlog groeit deze kleine stad in het oosten van België samen methet Engelse Bradford uit tot de wereldhoofstad van wol. Dankzij een uiterst snelle industrialisatie wordt het bescheiden dorp, waarvan de geschiedenis nauwelijks verder teruggaat dan de 16de eeuw, overladen met volmachines, spinnerijen en andere wollen stoffen. Dankzij de 'welwillendheid' van enkele industriële dynastieën breidt de stad in razendsnel tempo uit. Tijdens het interbellum verslappen de zaken. De jaren 1950 luiden het definitieve einde in van de textielproductie in Verviers en luiden een lange periode van economische teruggang in. Sinds een vijftiental jaar probeert de stad met 55.000 inwoners zich een nieuw imago aan te meten met stedenbouwkundige en culturele plannen, waarbij de littekens van de industrie achterwege worden gelaten en in plaats daarvan het wolverleden met al zijn roemrijke en voorspoedige aspecten wordt benadrukt.

704_001-1